KWO Rotary – Haakaas en alles wat hierbij komt kijken
Het haakaas, misschien wel het meest belangrijke onderdeel van ons ‘gameplan’ om een karper te vangen. Lees in deze Rotary wat de experts Diederen, Tjoelker en Post te vertellen hebben over dit veelzijdige onderwerp!
Bijdrage Kevin Diederen
Fluo’s, dippen, soaken, plastic… Opvallend haakaas is de laatste jaren ‘hot’. Ergens is dat ook wel terecht, maar er zijn ook nog steeds een hoop mensen die zweren bij “vissen waarmee je voert”. Beiden zijn niet goed of fout.
Welke knikker valt gelijk op?
Stel je even voor dat er een tapijt van honderd boilies op je stek ligt. Een vis komt nieuwsgierig aan gezwommen en besluit te gaan azen. Je haakaas is identiek aan het voer en de kans dat een vis deze als eerste op pikt is dus even groot als dat deze als laatste naar binnen gaat. Zolang de vis al het voer op vreet voordat je naar huis bent is er eigenlijk niks ergs aan de hand. You only have to play the waiting game.
Aandachttrekkers
Maar als je nu zorgt dat jouw knikkertje om aandacht schreeuwt. Een felle kleur, een extra boost aan attractors en een signaal dat de vis over de streep moet trekken. Met zo’n ‘in your face’ aasje zijn er twee dingen die kunnen gebeuren. De vis gaat hem in ieder geval gelijk opmerken en vervolgens de keuze maken uit “pakken” of “niet pakken”. Al zou hij hem uit een reflex of nieuwsgierigheid opnemen… Dan is je doel bereikt. Daarbij komen we gelijk bij het voorjaar uit. Vissen die nog niet erg fanatiek azen zijn zo net wat makkelijker te prikkelen. Als ze niet zo’n honger hebben en de kans aanwezig is dat ze na een klein hapje de stek al verlaten heb je in ieder geval al een vis gehaakt. Het nadeel is dat opvallend haakaas natuurlijk ook weer in zal boeten als een vis vaker het haasje is geworden. Dus met name later in het jaar, als de vis weer flink gestrest is door de vele hengeldruk, kan het zijn dat die ene opvallende knikker gemeden wordt.
Vis je op een water waar eigenlijk iedereen vist met een standaard boilie, dan heb je het voordeel dat je een van de weinige bent die de vis leert om die felle knikkers te laten liggen. Het gevolg is dat het veel langer zal duren voordat de vissen het zullen gaan associëren met gevaar. En voordat je het weet is het winter. Een paar maanden relatieve rust doet wonderen. Raad maar eens waarom juist in het voorjaar die opvallende aasjes wonderen lijken te doen.
Nadenken over de keuze van je haakaas zal zeker meer vissen in het net brengen.
Pilootvissen
Voor veel mensen zal de term pilootvis niet nieuw zijn. Elk groepje karpers heeft wel een of meerdere dumbo’s die als eerste over een stek zwemmen om de boel te verkennen. Testpiloten dus… Ga maar eens een poosje fanatiek oppervlaktevissen op een water waar je de vissen duidelijk kan herkennen en je zal dit (en een hoop andere leerzame zaken) met je eigen ogen kunnen zien. Heb je een haakaas dat ze gelijk als eerste op pikken, dan kan je de kans op een lompe dikkerd die iets slomer aan komt kakken natuurlijk vergeten. Al geloof ik persoonlijk niet dat de pilootvissen altijd kleintjes zullen zijn. De keuze van je haakaas zal dus ook nog eens een grote invloed hebben op welke vis je uit een school weet te vangen.
" Al geloof ik persoonlijk niet dat de pilootvissen altijd kleintjes zullen zijn. "
Fake Food boven op een normale boilie is een mooie manier om aandacht te trekken.
Langdurig voeren
Aangezien ik zelf met name korte, instant sessies vis zal je minder snel hebben dat een vis met oogkleppen op vol voor het aangeboden aas gaat. Maar veel mensen in de Benelux hebben zich zowat gespecialiseerd in voeren in plaats van vissen. Goed voeren is in ieder geval een erg goede troef om in handen te hebben en kan sommige zaken zoveel makkelijker maken. Als we gaan kijken naar het effect van een langdurige voerplek op de keuze van het haakaas, dan zal ik steeds sneller naar een normale boilie grijpen. Dit kan zowel een laag boven de bodem aangeboden (matchende) pop-up of een zinker zijn. Maar de vissen zijn gewend om dagen of weken lang dat type balletje van de bodem op te pakken en naar binnen te werken. De kans dat ze andere zaken negeren is dus aanwezig. Door niet op te vallen speel je dus eigenlijk op safe. Maar het kan ook zijn dat je een snelle, opvallende aanbeet mis loopt. Vis je met meerdere hengels op dezelfde stek, dan is het dus aan te raden eens te experimenteren.
Zelf heb ik het bovenstaande ook meegemaakt tijdens een sessie op een Frans betaalwater. Na enkele dagen flinke hoeveelheden Banoffee boilies gespod te hebben en lekker te vangen besloot ik de rigs te veranderen. Gewoon… om eens iets te testen. Met hinged stifflinks en pop-ups ging het vangen lekker door. Het opvallende was echter dat ik enkel op matchende pop-ups beet kreeg. Zou er al sprake geweest zijn van preoccupatie?
Op een water dichter bij huis merkte ik na meerdere voerdagen het tegenover gestelde. Juist die felgele naar Pineapple stinkende drijver zorgde voor het grootste deel van de aanbeten. En dat waren vissen uit alle lagen van het bestand.
De vis zat na enkele dagen duidelijk op het voer.
Snel scoren
Tijd is een schaars goed en ik verwacht dan ook niet dat er heel veel mensen zijn die omkomen in de vistijd. Als je weinig tijd hebt kan het extra interessant zijn om zo snel mogelijk die aanbeet uit te lokken. “In your face” aasjes dus. En dat hoeft echt niet altijd een fluo pop-up te zijn. Veel mensen zijn al fan van snowman aas of het combineren van een normaal bodemaas met een Fake Food maiskorrel.
The best of both worlds: visueel opvallend en voorzien van extra attractors.
Hiermee heb je zowel het visuele als de zekerheid van je normale voer. Maar denk naast het visuele aspect ook eens aan diverse vloeibare attractors waarin je een aas kan soaken.
Door een ander signaal uit te wasemen valt je aas ’s nachts ook eens extra op. En als je beiden weet te combineren ben je natuurlijk helemaal lekker bezig. Zelf ben ik er in ieder geval van overtuigd dat het mij een aantal bonusvissen heeft opgeleverd, maar dat je er elke keer weer over moet blijven nadenken. Vang je een vis dankzij? Of ondanks? Door te experimenteren zal je in ieder geval leren.
Bijdrage Wijtze Tjoelker
Stap een goed geoutilleerde hengelsportzaak binnen op karpergebied en de diverse kleuren, geuren en smaken van karperaas springen in het oog. Ook zijn er imitatie aassoorten veelvuldig verkrijgbaar. Als rechtgeaarde karpervisser vraag je wel eens af “of het echt wel bijdraagt aan betere karpervangsten?”…
Ik ben iemand van de oude stempel die van mening is dat je moet vissen met het aas waarmee je ook hebt gevoerd. Oké, voer je een stek niet voor, dan gelden er veelal andere regels. Laat ik beginnen met mijn beweegredenen om te vissen met het aas dat ik de dagen voorafgaand aan de vissessie heb gevoerd.
Door middel van voor te voeren conditioneren we de karpers om het aangeboden aas met vertrouwen te eten. Daar is niks spannends aan; meer een kwestie van gedisciplineerd elke dag op vaste tijden (hoeft niet perse) de beoogde stek van voer te voorzien. Het voer ‘vist’ als het ware al voor je. Als alles goed is, zul je tijdens de daaropvolgende vissessie kunnen oogsten wat je gezaaid hebt.
Zaaien en oogsten: deze spiegel kwam 4 keer op de mat in korte tijd.
Bij het instant vissen draait het natuurlijk om de vis direct te verleiden om het aangeboden aas op te pakken. Dat houdt in dat het aas zowel qua geur als kleur de karper dusdanig prikkelt dat deze het aas opneemt. Of de vis dat doet om de eetbaarheid te testen of niet, dat doet er niet toe. Met een juiste en scherpe onderlijnmontage zal de karper toch wel worden gehaakt!
Nadelen van de laatste manier van vissen is toch wel, dat als er een school karpers op de stek huizen, dat bij de vangst van één vis de rest ook meteen gewaarschuwd is dat die onbekende potentiële voedselbron gevaar betekend. Daarnaast is het gebruik van kleuren afhankelijk van de doorzicht van het water. Vis je op helder water, dan kan het gebruik van kleuren een voordeel zijn. Is het water zeer troebel, dan is het effect van kleuren te verwaarlozen; dan heb ik het nog niet over het vissen in de nachtelijke uren.
Hoewel vanuit Engeland regelmatig berichten komen dat ook in de nachtelijke uren met imitatieaas karpers worden gevangen, vraag ik mij af of het dankzij of ondanks het imitatieaas is gevangen. Ik krijg altijd het idee dat de waarheid hierover nog wel wat teveel wordt ingegeven door het belang van de producent.
" Dankzij óf ondanks imitatieaas… Ik krijg altijd het idee dat de waarheid hierover nog wel wat teveel wordt ingegeven door het belang van de producent. "
Nu zullen er vast wel een paar lezers zijn die ongetwijfeld er een andere mening op na houden. Prima, niks mis mee. Is er dan helemaal niks goeds aan pop-ups en imitatieaas? Jazeker wel. Alleen is het van belang hoe je het in de praktijk toepast. Zoals ik in een eerdere Rotary bijdrages op KWO heb aangegeven, ben ik altijd kritisch op producten die nieuw op de markt komen. Commerciële uitingen als “onze fieldtesters hebben na uitgebreide tests…”, neem ik meteen met een korreltje zout. Er zijn firma’s die nieuwe producten zonder enige test op de markt brengen en wachten op de respons van de consument. Lopen de verkopen na twee jaar terug (omdat het product niet werkt of aanslaat), dan wordt het product uit het assortiment gehaald; dan sterft het vanzelf een stille dood…
Simpel maar doeltreffend.
Ook ik gebruik in mijn visserij imitatieaas. Mijn pop-ups laat ik eerst een jaar in een geurstof ‘weken’. Daardoor gaat wel een deel van de drijfkracht verloren maar door de prikkel die het aas afgeeft, verhoogt het mijn vangkansen. Ik vis nooit met alleen een pop-up; ik vis deze altijd in een combinatie van een gewone zinkende boilie (welke ik de dagen voorafgaand heb gevoerd). Kleuren zeggen mij niet zoveel omdat ik doorgaans op zeer troebel water vis. Alleen in het voorjaar als het water nog redelijk helder is (en dan heb ik het over een doorzicht van maximaal vijftig centimeter) maak ik graag gebruik van paarse, oranje of rode pop-ups. In de daguren wil dit nog wel eens (een klein) verschil maken.
Een jaar in de soak!
Sinds vorig jaar maak ik veelvuldig gebruik van de foam pop-ups van Avid Carp. Voorafgaand aan de vissessie laat ik een week lang de geurstof in het foam trekken om de geurprikkel te vergroten. Ik vis op groot water en dan moet ik nu eenmaal de karpers van wat grotere afstanden wijzen op het feit dat er wat lekkers valt te rapen. En deze foam pop-ups vis ik altijd in combinatie met een gewone boilie.
Ik vind het leuk om te experimenteren met foam.
Plastic maïs gebruik ik ook wel eens, meestal vis ik met een drietal aaskorrels op de hair als ik een ‘opstekende duim’ wil laten fungeren. Geel foam werkt ook, soms nog beter omdat je dan het piepschuim dusdanig bij kunt knippen dat je het beter uit kunt balanceren.
Ik gebruik ingevroren boilies. Als ik die 24 uur (voor ik ermee ga vissen of voeren) uit de vriezer haal, overgiet ik deze met eigen gemaakte dips. Voordeel hiervan is dat de dip tijdens het ontdooien in de buitenste schil van de boilie trekt en later in het water deze weer snel afgeeft. Daarmee creëer ik een flinke geurspoor. Ik heb daarmee mijn vangsten enorm zien verbeteren.
Dips kun je kant-en-klaar in de winkel kopen. Ze zijn wel prijzig. Ik geef liever de voorkeur aan om ze zelf te maken. Op een basis van rijstolie (geurloos en dun) of iso-glucose kun je uitstekende dips maken. Let er wel op dat je niet te scheutig bent met geurstoffen omdat het dan een averechts effect kan hebben. De combinaties zijn eindeloos en niet merk gebonden.
Glucose siroop, een prima basis voor een soak/dip.
Ik mag op groot water graag grote voerplekken aanleggen. Dat betekent niet dat ik heel veel voer, maar meer gebruik maak van de mogelijkheid om met mini-aas een zo groot mogelijk oppervlak aantrekkelijk te maken voor vriend karper. Ik heb soms de pech dat de vissen zich net ergens verderop ophouden en om wat voor reden daar dan ook blijven hangen. Ze azen er niet (voor zover ik weet), maar zijn wel te beïnvloeden door prikkels. Wat ik dan doe is mijn emmertje maïs en dergelijke ook een extra geur meegeven. Nu heeft gekookte en gegiste maïs van nature al een behoorlijke aantrekkelijke geur, maar dat kan nog veel beter.
In het vroege voorjaar draait het om de extra (geur) prikkels.
Als je de te voeren mini-aas (maakt niet uit wat) een paar uren voor je gaat voeren uit de emmer (waarin het geweekt staat) haalt en in een andere doet, gooi er dan een tweetal handen vleesbeendermeel of vleesmeel doorheen. Goed mengen en laten staan. Het nog aanwezige vocht van het mini-aas trekt in de losse deeltjes van het middelgrove poeder. Als je dat later op je voerstek verspreid, zul je zien dat er een flink geurspoor ontstaat die door stroming en wind een veel groter bereik heeft dan de natuurlijke geurspoor van het mini-aas. Karpers sporen het snel op en worden sneller naar je voerplek gelokt.
Er zijn legio mogelijkheden om je haakaas en voer een veel beter label mee te geven. Helaas moet ik omwille van de ruimte het hierbij laten.
Zo heb ik ze graag: een oerschub van groot water!
Samenvattend: Ik vis altijd met haakaas dat ik ook heb gevoerd. Om de vangkansen te vergroten, maak ik graag gebruik van zelfgemaakte dips. Imitatieaas gebruik ik altijd in combinatie met het gevoerde aas. Tot zover mijn bijdrage, succes aan de waterkant dit voorjaar!
Bijdrage Martin Post
Iedere karpervisser zal het herkennen; een tas vol pop-ups, gesoakte Hookbaits, allerlei Hookbaits die volgepompt zijn met extra triggers. Daarnaast nemen we een tacklebox vol plastic maïs, plastic boilies en andere slimme Hookbaits mee naar de stek. De juiste keuze maken betreffende je haakaas is niet altijd gemakkelijk. Emotie en vertrouwen zijn twee gevaarlijke facetten die vaak de doorslag geven. Toch hanteer ik wel enkele belangrijke spelregels bij de keuze van de juiste hookbait, want dat kan natuurlijk ook een normale voerboilie zijn!
Allereerst maak ik altijd onderscheid tussen de instantvisserij en de visserij waarbij ik m’n stekken zorgvuldig heb voorgevoerd. Het doel van een Hookbait is dan immers verschillend… Tijdens de instantvisserij moet een Hookbait de karper in veel gevallen van een afstand prikkelen (vaak doormiddel van kleur en in mindere mate door smaak).
Nailed!
Bij het bevissen van voerplekken liggen de karpers (als het goed is) al op je stek te wachten. En dat is echt een wezenlijk verschil. Wanneer ik bijvoorbeeld een stek drie dagen voorvoer en de karpers bij aankomst op het aas zitten, dan gaat mijn voorkeur uit naar een normale voerboilie. Deze boilie zal op de stek niet opvallen ten opzichte van de boilies die ik bijvoer. Zoiets klinkt misschien gek, maar de uitleg is simpel.
Door tijdens het begin van de sessie een voerstek met een normale boilie te bevissen zal een grote karper meer kans hebben deze boilie te pakken dan wanneer je er direct een extreem attractief haakaas op legt. Die laatste heeft zoveel aantrekkingskracht dat de snelle kleine karpers zo’n boilie veel te snel zullen oppeuzelen. En dat is precies wat ik niet wil.
Veelal is dit mijn keuze op goed voorgevoerde stekken.
" Door met een normale boilie te vissen zal een grote karper meer kans hebben deze boilie te pakken dan wanneer je er direct een extreem attractief haakaas op legt. "
Een snelle aanbeet is op wateren met een gevarieerd bestand dus zeker niet altijd wenselijk. Met een schrale Hookbait is het gemakkelijk selecteren. Vergeet bij deze selectie ook het formaat van je haakaas niet. Met een Hookbait van 25 millimeter of meer, vind er al een behoorlijke selectie plaats tussen de onderlaag en middenlaag/bovenlaag van een populatie.
Gebruik ik op een voerplek dan helemaal geen opvallend haakaas? Jazeker wel, een snow(wo)man of een gesoakt bodemaas kan absoluut een meerwaarde hebben. Bijvoorbeeld wanneer de karpers op zo’n plek om welke reden dan ook passief zijn, wanneer je een voerplek door tijdgebrek snel wil afromen of wanneer de karpers door schrikgedrag van gehaakte soortgenoten in een hogere waterlaag gaan liggen. Ik zal over dit boeiende onderwerp tijdens deze Rotary niet teveel uitweiden, maar een gesoakt aas met triggers die door bijvoorbeeld olie verticaal gedragen worden, levert je dan absoluut nog een paar bonusvissen op!
Snow(wo)mans, ik gebruik ze al jaren! Traditionele snowmans gebruik ik overigens al jaren niet meer.
Ik zie je denken; “waar blijven de Fluo’s”? Want dat zijn natuurlijk verreweg de meest gebruikte Hookbaits uit de karpervisserij. Ik gebruik Fluo’s voornamelijk tijdens de instantvisserij. Want daarbij spelen gekleurde Hookbaits een belangrijke rol. Bij het instant vissen draait het er immers om dat de karpers van afstand naar het haakaas worden getriggert! En dan bij voorkeur in combinatie met een bodemaasje. Want de combinatie van een smaakprikkel in combinatie met een visuele prikkel is vaak wel de beste.
Pop-ups, Soakers, Sinkers. Hookbaits heb je in vele soorten en maten. Hier een paar van mijn persoonlijke favorieten. Soakers in Feed Stim XP en Minamino en Fluo’s uit de Hellraiser Range en de Northern Special Range!
In de praktijk betekent dit dat ik ze veel gebruik bovenop een zinkende boilie, waarbij ik beide delen aftop, waarna er een snow(wo)man ontstaat die voor een karper gemakkelijker is op te zuigen dan een traditionele snowman! Daarnaast maak ik tijdens de Chod-visserij veel gebruik van Single Fluo’s. De afgelopen jaren heb ik wel gemerkt dat de Single Chod-visserij enorm effectief kan zijn, met name tijdens korte sessies.
De Chod: voor veel vissers sinds een aantal jaar een ‘nieuw wapen’. Foto: Kevin Diederen.
Wat ik vaak doe is tijdens het vissen goed speuren of ik binnen werpbereik karpers zie bewegen, zie draaien, springen of azen. Om er dan vervolgens met een gestroomlijnd loodje met een laag gewicht (voor de geringe inslag van het lood in het water) een Chod op te gooien. Voor mij een dodelijke en winnende combinatie!
Dan hebben we nog de populaire Plastic Hookbaits. Veelal zijn dit plastic maïskorrels of plastic in de vorm van maden om dumbells. Eerlijk gezegd moet ik bekennen dat ik ze (in tegenstelling tot enkele jaren terug) de laatste tijd nog maar zelden gebruik. De gedachte daarachter is dat ze enkel visueel opvallen, terwijl ik bij haakaas juist altijd de combinatie zoek met een smaakprikkel. Maar niets is zo veranderlijk als de mening van een karpervisser.
Een bonusvis van de voerplek. Na een aantal gevangen vissen leverde de snow(wo)man nog een aantal leuke visjes op!
Want meer en meer blijkt dat ‘washed out’ Hookbaits behoorlijk goed werken. En hoe meer ik erover nadenk, een ‘kale’ plastic maïskorrel pas prima in dat plaatje. Er was laatst een karpervisser die me attendeerde op het feit dat het voor een karper maar lastig is in te schatten of plastic Hookbaits ‘gevaarlijk’ zijn of niet. De enige referentie die ze hebben is de kleur, want verder geeft plastic geen enkel signaal af. En daarin zit dan direct de kracht van plastic aas. De enige manier voor een karper om het te onderzoeken is de plastic Hookbait in zijn bek opnamen, en dan is het beestje natuurlijk direct het haasje.
Op wateren met een flinke hengeldruk zou juist die simpelheid wel eens dodelijk effectief kunnen zijn. Misschien dat ik ze binnenkort toch maar weer eens ga proberen.. 😉
