5 tips voor het aanpakken van dressuurwateren – Geert Ooms

In de Benelux liggen veel druk beviste waterendie het stempel ‘dressuurwater’ opgespeld hebben gekregen. Vaak is het lastig om een reeks karpers te strikken op dit soort visgronden. Toch kun je met een aangepaste techniek en wat extra aandacht voorbijvoorbeeld je rigs ofaas tch een mooi resultaat boeken. Ook Geert Ooms bevist graag dressuurwateren en in deze update geeft hijons 5 tipswaardoor hij extra succesvol is!


Tip 1: Rigs verdienen extra aandacht!

Door de jaren heen valt op dat ongeveer iedere karpervisser zowat dezelfde rig gebruikt. Meestal is dit een vrij simpele rig met bodemaas of een snowman presentatie. Hierdoor worden karpers steeds geconfronteerd met een gelijkaardig fenomeen wanneer ze in de fout gaan. Als bijgevolg hebben wij ze geleerd daarmee om te gaan.

Om zulke mooie vissen te vangen verdienen je rigs wel wat aandacht!

Om rigdressuur te omzeilen volstaat het om met rigs te vissen die zich geheel anders gedragen dan datgene wat wij doorgaans gebruiken. Zelf heb ik recent zeer goede resultaten behaald met een extreem korte combilink vervaardigd uit zeer stug fluorcarbon met een eindje Armourlink. Het drijvend haakaas werd met behulp van een loodhagel op de haak uitgebalanceerd zodat de haak mooi op de bodem rust en op die manier in prikpositie staat.

En van de rigs waarmee Geert recent goed heeft gevangen, simpel maar doeltreffend! 🙂


Tip 2: Aas, klein is fijn!

In de eerste plaats geldt bovenstaande titel voor aas. In lastige situaties waar vissen deklappen van de zweep kennen zou ik vissen met het kleinste aas waar ik mee weg kom. Laat de witvispopulatie het toe, zou ik aan de slag gaan met 10mm boilies. Ook dit is zeer afwijkend ten opzichte van wat doorgaans gebruikt wordt. Hoe dan ook, klein aas wordt in alle situaties sneller geaccepteerd dan bijvoorbeeldeen grotere 20millimeter boilie, dus hiermee doe je jezelf een groot voordeel!

Aas: hoe kleiner hoe beter! Als de witvispopulatie het toelaat, dan vist Geert het liefste met een 10mm (meest linkse) boilie.

" Klein aas wordt in alle situaties sneller geaccepteerd dan bijvoorbeeld een grotere 20 mmboilie."


Tip 3:Haken, bigger is better!

Dat je steeds aan de slag wil gaan met de scherpst mogelijke haken is een evidentie, maar heb je er ooit bij stil gestaan dat grotere haken in feite meer kans hebben om te prikken en minder makkelijk kunnen uitgespuwd worden dan kleine haakjes?

In het verleden heb ik vaak de fout gemaakt om met te kleine haken aan de slag te gaan. Lange tijd is ook gepromoot dat kleine haken een veel betere houvast bieden in de karperbek. Ondertussen ben ik, door schade en schande, van het tegendeel overtuigd! Kleine haken komen vaak onder extreme druk te staan waardoor ze openbuigen en uitscheuren. Het staal is door de dunne draad minder stug waardoor het onder grote druk makkelijk kan buigen en daarna weer z?n oorspronkelijke vorm aannemen. Met andere woorden: wanneer wij een vis verspelen door een losschieter ziet de haak er nog wel normaal uit terwijl hij even daarvoor tch is open gebogen.

In het verleden heeft Geert vaak de fout gemaakt om met te kleine haken aan de slag te gaan. Daarom zijn de maten 6, 4 en zelfs 2 standaard op voorraad in zijn tacklebox!

Hoe kun je dit vooraf testen?

De draadsterkte van een haak kan je testen door een nieuwe haak, rechtstreeks uit de verpakking, tussen duim en wijsvinger heen en weer te wringen. Als je merkt dat de punt ten opzichte van de steel ‘werkt’ mag je ervan uitgaan dat de haak zal buigen in de karperbek en vervolgens weer de oorspronkelijke vorm zal aannemen. Het heeft mij jammer genoeg veel vissen gekost om tot dit besluit te komen, maar tegenwoordig zijn maatjes 6, 4 en zelfs 2 standaard in mijn tacklebox te vinden en zijn de kleinere maten zelfs verbannen. Als je kijkt hoe groot die slurpers van de hedendaagse bakken zijn, dan weet je gewoon dat een grotere haak meer op z?n plaats is.

“Big carp, big hook!”

" Als je merkt dat de punt ten opzichte van de steel ‘werkt’ mag je ervan uitgaan dat de haak zal buigen in de karperbek en vervolgens weer de oorspronkelijke vorm zalaannemen."

Oh ja, met de huidige technologie en kwaliteit van de verkrijgbare haken zijn ze zo scherp dat een grotere maat met lange scherpe punt niet moet onderdoen voor de kleintjes. Bovenstaande kan misschien tegenstrijdig klinken met het puntje dat ik eerder aanhaalde over formaat van aas, maar met pop ups en kurken staafjes valt het extra gewicht van zo?n grotere haak erg gemakkelijk te compenseren!

Gebruik bijvoorbeeld een pop-up om het gewicht van zo?n grotere haak te compenseren.


Tip 4: Lood, een gewichtig onderwerp

Voor de gebruikelijke boilievisserij maak ik steevast gebruik van een loodclip met zwaar wartellood. Een 150 grams lood is zowat standaard voor mij, maar zwaarder is zeker geen uitzondering! Als een haakpunt het vlees van de karperbekbinnen dringt, dan moet die daar namelijk ook blijven!

Lood is er van heel licht tot super zwaar. Geertkiest graag voor wartelloden van minimaal 150 gram.

Wat wel varieert is de loodvorm. Afhankelijk van de bodem en afstand wordt een andere loodvorm gebruikt. In sommige situaties komt er wel een chod, inline of shocker systeem aan te pas, maar dan is dit specifiek voor een bepaalde situatie.


Tip 5: Tegen de bodem!

Terwijl er door velen enorm veel aandacht gaat naar het vissen met volledig slappe lijnen, ben ik eerder geneigd om de lijnen toch niet volledig slap te vissen. Zolang de ruime omgeving van mijn rig niet doorkruist wordt door een ‘snoer’ ben ik al lang tevreden. Met volledig slappe lijnen is de beetregistratie vaak twijfelachtig en dat is voor mij, zeker op dressuurwater, reden genoeg om dit niet te doen. Gewoon de lijn laten afzinken en dan de lijn toch een beetje aanspannen door middel van een waker met 10 grams gewichtje volstaat voor mij. Wanneer je onder de hengeltop vist is dit een andere verhaal, dan kan volledig slap natuurlijk wel!

Een zware Belgische karper van een pittig dressuurwater. Een strakke lijn over je voerplek zou hier dodelijk zijn geweest!

" Met volledig slappe lijnen is de beetregistratie vaak twijfelachtig."

Om die laatste meters weg te werken zijn er tal van handige producten die ik dan ook veelvuldig gebruik. Zo is er de Cling on putty die alles genadeloos mee naar de bodem neemt, topspul om rond de (onder)lijn te kneden! Voor de laatste meter gebruik ik graag Cling-on leader en in sommige situaties ook Cling on leadcore. Het leuke aan deze producten is dat ze (net als de putty) naast zwaar zinkend ook verkrijgbaar zijn in verschillende kleuren. Hierdoor kan je steeds een kleur vinden die mooi tegen de bodem wegvalt. Ideaal voor de camouflage! 😉

Het gebruik van diverse Cling-on producten bevordert het afzinken van de lijn en onderlijn aanzienlijk! De karper zal hierdoor een stuk minder merken dat je aan het water zit!


Dit waren de 5 tips voor het aanpakken van dressuurwateren! Hopelijk hebben jullie er iets van opgestoken en kunnen jullie de tips toepassen in jullie eigen visserij. Op naar een goed jaar met vele mooie vangsten!

Een vroege voorjaarskarper uit 2016, gevangen op Carplantis, een dressuurwater bij uitstek.

Tot aan de waterkant!

Geert Ooms

Bekijk ook